Notenbalk-eigenschappen

7 jaren geleden bijgewerkt
This page shows old instructions for MuseScore 2.
For MuseScore 4 users, see Notenbalk-eigenschappen.

Overzicht

Iedere instrument notenbalk in MuseScore heeft een aantal eigenschappen die kunnen worden aangepast. Iedere notenbalk behoort in één van deze drie groepen:

  • Standaard
  • Tablatuur
  • Percussie

Een aantal eigenschappen zijn afhankelijk van de groep waar toe de notenbalk behoort. Met het Bewerk notenbalk-/partij-eigenschappen dialoog kun je de eigenschappen van de groep specifieke notenbalk zien en bewerken.

De notenbalk groep waartoe een notenbalk behoort is afhankelijk van het instrument. Iedere notenbalk kan een standaard notenbalk zijn maar alleen een notenbalk voor een percussie instrument kan een percussie notenbalk zijn (of worden) en alleen notenbalken van snaar instrumenten kunnen tablatuur notenbalken zijn (of worden).

Iedere partituur wordt initieel gemaakt met 17 voorgedefinieerde "sjablonen" (niet te verwarren met Sjablonen), één standaard, drie percussie en 13 tablatuur templates. Ieder sjabloon is bedoeld voor een specifiek gebruik dat algemeen of standaard genoeg is om er een sjabloon voor te maken. Ieder sjabloon kan worden aangepast (onafhankelijk voor iedere notenbalk in de partituur) en nieuwe sjablonen kunnen worden aangemaakt voor speciale wensen.

Bewerk notenbalk-eigenschappen

Het Bewerk notenbalk-/partij-eigenschappen dialoog kan worden geopend door met rechts te klikken op de naam van het instrument of op een leeg gedeelte in de notenbalk en dan te kiezen voor Notenbalk-eigenschappen...

Notenbalk type eigenschappen

Er zijn verschillende opties beschikbaar afhankelijk van de groep van de geselecteerde notenbalk: standaard, tablatuur of percussie. Een aantal opties zijn gemeenschappelijk voor alle notenbalken:

Naam
De naam van de notenbalk/partij.
Lijnen
Het aantal lijnen in de notenbalk.
Lijnafstand
De afstand tussen twee lijnen van de notenbalk, uitgedrukt in spaties (afgekort: sp). De standaard ruimte tussen twee lijnen is 1,00. Een hogere waarde zorgt dat de lijnen meer van elkaar af staan en een lagere waarde zorgt dat de lijnen dichter op elkaar staan. Het is niet aanbevolen om de waarde aan te passen voor de normale groep (alhoewel het mogelijk is), andere groepen kunnen een andere standaard waarde hebben zo heeft tablatuur bijvoorbeeld een standaard waarde van 1,5 sp.
Extra afstand boven de notenbalk
Gebruik dit om de afstand te vergroten tussen de geselecteerde notenbalk en die erboven.
Laat muzieksleutel zien
Bepaal of de muzieksleutel moet worden weergegeven of niet.
Laat maatsoort zien
Bepaal of de maatsoort moet worden weergegeven of niet.
Laat maatstrepen zien
Bepaal of maatstrepen moet worden weergegeven of niet.

Geavanceerde stijl-eigenschappen

Door te klikken op de knop Geavanceerde stijl-eigenschappen... wordt een nieuw dialoog geopend met geavanceerde opties. Voor een standaard notenbalk ziet dit er als volgt uit:

Geavanceerde notenbalk-eigenschappen - Standaard

Voor een percussie notenbalk ziet het er uit zoals dit:

Geavanceerde notenbalk-eigenschappen - Percussie

En voor een tablatuur notenbalk ziet het er uit zoals dit:

Geavanceerde notenbalk-eigenschappen - Tablatuur, Fret markeringen

en dit:

Geavanceerde notenbalk-eigenschappen - Tablatuur, Notenwaarden

Er zijn ook een aantal knoppen beschikbaar:

Sjabloon

Laat de lijst met beschikbare sjablonen zien in de partituur die kunnen worden toegepast op de huidige notenbalk.

< Herstel naar het sjabloon

Herstel alle notenbalk eigenschappen naar de eigenschappen van het gekozen sjabloon.

Voeg aan sjablonen toe

Voeg de huidige eigenschap instellingen toe aan een nieuw sjabloon (nog niet geïmplementeerd).

OK

Sluit het dialoog en pas de wijzigingen toe.

Annuleren

Sluit het dialoog zonder de wijzigingen toe te passen.

Standaard en Percussie notenbalk specifieke eigenschappen

Laat toonsoort zien
Bepaal of de toonsoort moet worden weergegeven of niet.
Laat hulplijnen zien
Bepaal of de hulplijnen moet worden weergegeven of niet.
Zonder stok
Indien geselecteerd, dan hebben de noten geen stok, vlag of waardestreep.

Tablatuur notenbalk specifieke eigenschappen

Ondersteboven
Indien niet geselecteerd, dan komt de bovenste tablatuur lijn overeen met de hoogste snaar en de onderste tablatuur lijn met de laagste snaar (het meest gebruikelijk). Indien geselecteerd, dan komt de bovenste tablatuur lijn overeen met de laagste snaar en de onderste tablatuur lijn met de hoogste snaar (dit wordt wel gebruikt in Italiaanse stijl luit tablatuur).

Fret markeringen

Deze groep eigenschappen definiëren het uiterlijk van de fret markeringen.

Lettertype
Het lettertype dat wordt gebruikt om de markering weer te geven. Er worden momenteel 4 lettertype meegeleverd die alle benodigde symbolen ondersteunen in 4 verschillende stijlen (modern serif, modern sand, Renaissance, Late Renaissance). Meer lettertype (of de mogelijkheid om eigen lettertype te gebruiken) komen mogelijk in de toekomst beschikbaar.
Grootte
De grootte van het lettertype, in typografische punten. De ingebouwde lettertype zien er goed uit bij het gebruik van 9 of 10 pt.
Verticale correctie instelling
MuseScore probeert de symbolen op een logische manier te plaatsen en deze waarde hoeft normaal gesproken niet te worden veranderd (ingesteld op 0) voor ingebouwde lettertype. Indien het lettertype de symbolen niet juist uitlijnt op de basis lijn (of MuseScore doet niet wat je verwacht) dan kun je met deze waarde de symbolen naar boven (negatieve correctie) of naar beneden (positieve correctie) voor betere verticale positionering. De waarde is in sp.
Nummers / Letters
Bepaal of er cijfers (‘1’, ‘2’...) of letters (‘a’, ‘b’...) worden gebruikt als fret markering. Wanneer er letters worden gebruikt dan wordt ‘j’ overgeslagen en wordt ‘k’ gebruikt voor de 9e fret.
Op de lijnen / Boven de lijnen
Bepaal of de fret markeringen op de snaar lijnen of boven de snaar lijnen moeten worden geplaatst.
Doorgetrokken / Onderbroken

Bepaal of snaar lijnen 'door' de fret markering lopen of daar moet worden onderbroken.
Voorbeeld met cijfers op onderbroken lijnen:

Voorbeeld: cijfers

Voorbeeld met letters boven doorlopende lijnen:

Voorbeeld: letters

Voorbeeld van een 'ondersteboven' tablatuur (zelfde inhoud als het cijfer voorbeeld hierboven):

Voorbeeld: 'ondersteboven' tablatuur

Notenwaarden

Deze groep eigenschappen definiëren het uiterlijk van de nootwaarden.

Lettertype
Het lettertype dat wordt gebruikt om de markering weer te geven. Er worden momenteel 3 lettertype meegeleverd die alle benodigde symbolen ondersteunen in 3 verschillende stijlen (modern, Italiaanse tablatuur, Franse tablatuur). Meer lettertype (of de mogelijkheid om eigen lettertype te gebruiken) komen mogelijk in de toekomst beschikbaar. Alleen te gebruiken met de Nootsymbolen optie.
Grootte
De grootte van het lettertype, in typografische punten. De ingebouwde lettertype zien er goed uit bij het gebruik van 15 pt. Alleen gebruikt met de Nootsymbolen optie.
Verticale correctie instelling
Zoals bij de fret markering hiervoor maar dan voor de waarde symbolen. Alleen gebruikt met de Nootsymbolen optie.
Getoond als: Geen
Er worden geen nootwaarden weergegeven (zoals in de voorbeelden hierboven).
Getoond als: Nootsymbolen

Er worden symbolen in de vorm van noten weergegeven boven de notenbalk. Wanneer deze optie wordt gekozen, dan worden de symbolen alleen weergegeven wanneer de nootwaarde veranderd, zonder deze te herhalen (als standaard) voor de reeks van noten met dezelfde waarde.
Voorbeeld van waarden met nootsymbolen:

Voorbeeld: nootsymbolen

Getoond als: Stokken en waardestrepen

Noot stokken en waardestrepen (of vlaggen) worden weergegeven. De waarde wordt weergegeven voor iedere noot waarbij dezelfde typografische vormen worden gebruikt als bij een normale notenbalk. Alle commando's in het standaard Waardestreep Palet kunnen hierop ook worden toegepast.
Voorbeeld met waarde aangegeven door stokken:

Voorbeeld: stokken

Herhaal: Nooit / Bij elk nieuw systeem / Bij elke nieuwe maat / Altijd
Bepaal hoe en wanneer hetzelfde nootsymbool moet worden herhaald indien meerdere noten in een reeks dezelfde waarde hebben (alleen beschikbaar met de Nootsymbolen optie).
Naast de notenbalk / Door de notenbalk
Bepaal of de stokken worden weergegeven met een vast hoogte boven/onder de notenbalk of dat deze door de notenbalk heen lopen naar de fret markering (alleen beschikbaar met de Stokken en waardestrepen optie).
Boven / Onder notenbalk
Bepaal of de stokken en waardestrepen boven of onder de notenbalk komen (alleen beschikbaar met de Stokken en waardestrepen optie / Naast notenbalk sub-optie).
Geen / Met een korte stok / Met een schuine stok
Om de drie verschillende stijlen te kiezen hoe de stokken voor halve noten worden weergegeven (alleen beschikbaar met de Stokken en waardestrepen optie / Naast notenbalk sub-optie).
Laat rusten zien
Bepaal of er nootsymbolen moeten gebruikt om rusten aan te geven. Bij het gebruik voor een rust zal een nootsymbool een iets lagere positie krijgen. Alleen gebruikt met de Nootsymbolen optie.

Voorbeeld

Toont een kort stukje partituur in tablatuur formaat waarin alle huidige parameters zijn toegepast.

Do you still have an unanswered question? Log eerst in om je vraag te plaatsen.