Mixer

4 maanden geleden bijgewerkt
This page shows old instructions for MuseScore 3.
For MuseScore 4 users, see Mixer.

    Met de mixer kun je het geluid van de instrumenten aanpassen, het volume, panning en andere aanpassingen voor het afspelen van iedere notenbalk.

    Mixer weergeven

    Om de mixer weer te geven of te verbergen gebruik je één van de volgende optie:

    • Druk op F10 (Mac: fn+F10).
    • Vanuit het menu, selecteer WeergaveMixer.

    De mixer is verdeeld in een detail gebied aan de bovenzijde en een track gebied aan de onderkant.

    Mixer paneel

    Track gebied

    Het track gebied bevindt zich onderaan het venster en geeft de hoofd versterking en een rij met tracks weer. In het track gebied kan ook het volume van de instrumenten worden aangepast die door de notenbalken worden gebruikt.

    MuseScore maakt een ''partij track" voor iedere notenbalk in de partituur. Deze partij tracks kunnen worden onderverdeeld in "kanaal tracks" die overeenkomen met de verschillende geluiden die gebruikt worden in de notenbalk. Veel notenbalken zullen maar een enkele track nodig hebben, maar andere hebben er meerdere nodig zodat het instrument meer dan één klank (bv. een viool kan spelen in arco, tremolo of pizzicato) of omdat er het instrument in de notenbalk wijzigt. Deze extra kanalen kunnen worden weergegeven of verborgen door op de pijl te klikken boven aan de track.

    Kanelen uitgeklapt
    Uitgeklapte partij track, onderliggende tracks zijn in roze weergegeven

    Hoofd versterking

    De hoofd versterking bepaald het totale volume. Om deze aan te passen klik en versleep je de schuifregelaar of voer je onderaan de gewenste waarde in.

    Kaneel weergave pijl

    Iedere partij track heeft een knop aan de bovenzijde met een pijl. Deze is actief wanneer het instrument meerdere kanalen heeft zoals bij de viool (voor arco, pizzicato en tremolo), anders is deze niet actief. Wanneer je op deze pijl klikt dan klappen de kanaal tracks uit en worden deze weergegeven. Kanaal tracks hebben geen pijl knop. In plaats daarvan wordt de naam van het instrument weergegeven.

    Mute (gedempt) en Solo

    Bovenaan iedere track is een groene solo knop en een rode mute (dempen) knop beschikbaar. Deze kunnen worden aan- of uitgezet. Indien een solo knop is verlicht, dan worden alleen die tracks afgespeeld waarbij de solo knop actief is. Indien er geen solo knop is verlicht, dan kunnen alle partijen worden afgespeeld. Mute (dempen) doet het tegenovergestelde, tracks waarvan de mute knop verlicht is worden niet afgespeeld. Door gebruik te maken van een combinatie van mute en solo knoppen, kun je bepalen welke instrumenten te horen zijn bij het afspelen.

    Pan

    Met de knop onder de mute knop kan de panning naar links en rechts worden ingesteld. Klik op de knop en sleep om de pan waarde aan te passen. Opmerking: MuseScore ondersteund nog geen pan waarden voor de partij kanalen, in plaats daarvan wordt de pan waarde van het eerste kanaal weergegeven. Het instellen van de pan waarde van de partij track zal automatisch de waarde van de onderliggende kanalen instellen op dezelfde waarde.

    Volume

    De schuifregelaar in het midden van de track instellingen regelt het afspeel volume. Opmerking: MuseScore ondersteund nog geen volume waarden voor de partij kanalen, in plaats daarvan wordt het volume van het eerste kanaal weergegeven. Het instellen van het volume van de partij track zal automatisch de waarde van de onderliggende kanalen instellen op dezelfde waarde.

    Track naam

    Het tekst vak onderaan het track bevat de huidige naam van de track partij of kanaal.

    Detail gebied

    Het detail gebied geeft informatie weer van het geselecteerd track en maakt het mogelijk om fijnere instellingen te doen.

    Detail gebied

    Naam

    De naam van de partij waar deze track aan gekoppeld is. Zowel de partij track als de kanalen tracks geven de partijnaam weer. Opmerking: De partijnaam kan worden aangepast maar dit heeft alleen effect op de mixer. De naam van het kanaal kan niet worden aangepast.

    Kanaal

    Indien een kanaal track is geselecteerd, dan wordt de naam daarvan hier weergegeven.

    Drumset

    Hiermee kan worden aangegeven of deze partij een drumkit is of een melodisch instrument. Bij reguliere melodische instrumenten heeft iedere toonhoogte dezelfde klank terwijl bij een drumkit iedere toonhoogte een ander geluid kan hebben.

    Patch (geluid)

    Dit is het eigenlijke geluid in het soundfont dat wordt gebruikt voor het afspelen van het instrument.

    Het geluid van een track aanpassen:

    1. Klik op het gewenste track zodat de details in het detail gebied worden weergegeven.
    2. Klik op de "patch" lijst met geluiden en kies een ander instrument.

    De "Patch" lijst bevat ieder instrument dat beschikbaar is in het huidige soundfont. Indien je meerdere soundfonts het geladen in de synthesizer dan worden alle geluiden van alle soundfonts (en/of SFZ bestanden) in een enkele lange lijst weergegeven in de volgorde zoals deze is ingesteld in de synthesizer.

    Tip: Om een instrument te vinden in de lijst, klik op de "Patch" lijst en type de eerste letter van de naam van het instrument en herhaal dit indien nodig.

    Volume

    Het volume van het geluid voor deze track.

    Pan

    De pan instelling die is toegepast op deze track.

    Track kleur

    Hier kan de kleur gekozen worden waarmee onderscheidt in de verschillende partijen kan worden gemaakt. Door te dubbelklikken op de kleur kun je een andere kleur kiezen voor het weergeven van de naam van deze track. Het instellen van de kleur zal ook automatisch de kleur van de onderliggende kanalen instellen.

    MIDI eigenschappen

    Poort en kanaal

    De output MIDI poort en het kanaal dat voor het afspelen van de track wordt gebruikt.

    Reverb / Chorus

    De reverb/chorus waarde die bij MIDI out wordt gebruikt. Deze informatie wordt doorgegeven aan de MIDI apparaten en heeft geen effect op MuseScore ingebouwde afspeel mogelijkheid.

    Demp stem

    Hiermee kunnen de stemmen in iedere notenbalk worden gedempt. Iedere rij staat voor een eigen notenbalk in een partij. Dus door de '2' op de bovenste rij in te drukken zal de tweede stem in de eerste notenbalk van die partij dempen.

    Verberg details knop

    Onderaan het detail gebied is een brede knop beschikbaar met een kleine driehoek erop. Door te klikken op deze knop zal het detail gebied verborgen worden waarmee je meer ruimte krijgt. Klik nogmaals op deze knop om het weer zichtbaar te maken.

    Opmerking: Via Voorkeuren > Partituur is het mogelijk te bepalen of de MIDI details standaard worden weergegeven in de Mixer of niet.

    Klank wijzigen in de notenbalk (pizz., con sordino, etc.)

    Sommige instrumenten hebben meerdere kanalen in de mixer die kunnen worden gebruikt om klank in de partituur te wijzigen. Als voorbeeld, aan een notenbalk voor een strijkinstrument (viool, cello, etc.) zijn drie kanalen toegewezen: één voor "arco" (of normaal), een andere voor "pizzicato" en nog één voor "tremolo". Een trompet notenbalk heeft één kanaal voor "open" en een andere voor "gedempt". Deze 5 kanaal waarden (pizz., arco, tremolo, dempen, open) zijn beschikbaar in het tekst als voorinstellingen:
    Tekst palet

    Er zijn ook S/A, T/B, T/L en B/B teksten beschikbaar om de sopraan, tenor, tenor en bariton (stem 1 en 3) van de alt, bas (stem 2 en 4) voor het gebruik in samengevoegde partituren voor de vrouwen en mannen 'instrumenten' of de samengevoegde partituur SATB en barbershop sjablonen waarmee verschillende instellingen kunnen worden verkregen in de mixer.

    Hetzelfde principe kan worden toegepast bij ieder ander instrument waarbij het mogelijk is om de klank aan te passen maar dat moet handmatig worden ingesteld. Met de volgende instructies wordt, als voorbeeld, de pizzicato ingesteld voor een strijkinstrument,

    1. Selecteer de eerste noot van de sectie waar het pizzicato gebruikt moet worden.
    2. Vanuit het menu, kies Voeg toeTekstNotenbalktekst of gebruik de sneltoetscombinatie Ctrl+T.
    3. Type "pizz." Deze tekst is alleen een visuele referentie en heeft geen effect op het afspelen.
    4. Klik met rechts op de notenbalktekst en selecteer Notenbalktekst-eigenschappen….
    5. In de "Wijzig kanaal" tab van het "Notenbalktekst-eigenschappen" venster kies je één of meerdere stemmen aan de linkerkant.
    6. Kies nu pizzicato in de lijst:

      Notenbalktekst-eigenschappen

    7. Klik op OK of druk op (Enter) om terug te gaan naar de partituur.

    Iedere volgende noot die na de notenbalktekst komt zal nu pizzicato klinken. Om later weer terug te keren naar de normale (arco) klank volg je de stappen hierboven, alleen type je nu "arco" in stap 3 en selecteer je arco in stap 6.

    In de meeste gevallen is het een stuk eenvoudiger om de overeenkomstige tekst (pizz., tremolo, arco, dempen, open, etc.) uit het tekst palet toe te passen.

    Zie ook

    Do you still have an unanswered question? Log eerst in om je vraag te plaatsen.