In de tekstbewerkingsmodus is het mogelijk tekst toe te voegen, te verwijderen en opmaak (bv. vet, schuin, onderstreept, etc.) toe te passen op individuele karakters.
Om de tekstbewerkingsmodus te activeren gebruik je één van de volgende methodes:
Opmerking: Bij het maken van een nieuwe tekst object (zie Tekst algemeen) wordt deze automatisch in de tekstbewerkingsmodus geplaatst.
Je kunt de verschillende opmaak functie gebruiken vanuit de tekst werkbalk, die onderaan het document venster verschijnt:
Om de tekstbewerkingsmodus te verlaten gebruik je:
In de tekstbewerkingsmodus zijn de volgende sneltoetscombinaties beschikbaar:
Je kunt het speciale karakters venster gebruiken om kwartnoten, breuken en vele andere vormen van speciale symbolen of karakters in je tekst in te voegen. Een aantal symbolen zijn ook beschikbaar middels een sneltoetscombinatie (zie hieronder).
Om het speciale karakters venster te openen gebruik je één van de volgende methodes:
Opmerking: (1) Dit werkt alleen in de tekstbewerkingsmodus. (2) Het speciale karakters venster moet niet worden verward met het menu item met dezelfde naam in de macOC versie van MuseScore.
Dit venster is verdeeld in 3 tabs: Algemene symbolen, muziek symbolen en unicode symbolen. De muziek en unicode tabs zijn onderverdeeld in alfabetisch gerangschikte categorieën.
Door te dubbelklikken op een item in het speciale karakters venster wordt deze meteen toegevoegd op de plaats waar de cursor zich bevindt. Meerdere items kunnen worden toegevoegd zonder het venster te sluiten en je kunt zelf normaal blijven typen, karakters verwijderen, numeriek karakter codes invoeren, etc. terwijl dit venster open is.
In de tekstbewerkingsmodus zijn de volgende sneltoetscombinaties beschikbaar voor het invoeren van een aantal speciale karakters: