Om een element dat op tekst gebaseerd is aan de partituur toe te voegen gebruik je één van de volgende methodes:
Opmerking: (1) De exacte methode hangt af van het type tekst dat je wilt toevoegen (zie Tekst). (2) Voor algemeen gebruik worden tekstvakken aan een notenbalk gekoppeld, zie notenbalk- en systeemtekst.
Wanneer een tekst object in MuseScore gemaakt is dan neemt het de instellingen over van de tekststijl die daar aan gekoppeld is. Zo hebben alle notenbalkteksten een unieke tekststijl, als ook de tempo-aanduidingen, dynamische tekens, akkoord symbool, etc. Iedere tekststijl bestaat uit een aan tekst-eigenschappen (lettertype, lettergrootte, lettertype stijl, etc.) die met name in het Tekststijl venster (Opmaak→Stijl…→tekststijlen) weergegeven kunnen worden.
Een nieuw aangemaakt tekst object begint met identieke tekst-eigenschappen voor de tekststijl. Deze zijn zichtbaar in het instellingenoverzicht:
Echter, deze tekst-eigenschappen zijn niet gelimiteerd tot die standaard zijn voor de tekststijl. Indien nodig kunnen deze onafhankelijk van de tekststijl in het instellingenoverzicht worden aangepast.
Als laatste, indien je opmaak wilt toepassen op specifieke karakters in een tekst object (lettertype, grootte, stijl) dan kun je dit doen in de tekstbewerkingsmodus.
De positie van tekst objecten kan met de volgende methodes worden aangepast:
Wanneer je een tekstelement aan de partituur toevoegt is zijn ankerpunt positie afhankelijk van het type: